Bereiding
De appelen worden eerst gewassen en dan fijngemalen. Daarna worden de seizoenvruchten toegevoegd en vervolgens wordt het geheel geperst. Om de fruitsappen langer te kunnen bewaren worden ze eerst gepasteuriseerd (d.w.z. opgewarmd tot +/- 78°C), daarna worden ze, onder vacuüm, warm in de flessen afgevuld. De flessen worden luchtdicht afgesloten zodat het fruitsap houdbaar is zolang de fles gesloten blijft zonder dat er bewaarmiddelen moeten toegevoegd worden.